» Titel : Bij het tegenkomevan n de vijand of een machtige heerser
» Volgnr: 036
Bij het tegenkomevan n de vijand of een machtige heerser
126. O Allah, wij vragen U hen te vatten bij hun kraag en wij zoeken toevlucht bij U tegen hun kwaad.[1].
"اللّهُـمَّ إِنا نَجْـعَلُكَ في نُحـورِهِـم، وَنَعـوذُ بِكَ مِنْ شُرُورِهـمْ."
"Allaahoemma iennaa nadj'aloeka fie noe'hooeriehiem wa na'oedhoe bieka mien shorooriehiem".
127. O Allah, U bent mijn toeverlaat en U bent Degene Die mij laat overwinnen. Omwille van U ga ik over tot de aanval, omwille van U sla ik toe. Met Uw hulp ga ik vechten.[2].